Hoofdelijke aansprakelijkheid aannemingswerken

U bevindt zich hier: HomeNieuwsFiscaal recht › Hoofdelijke aansprakelijkheid aannemingswerken

Hoofdelijke aansprakelijkheid en inhoudingsplicht zijn belangrijke begrippen voor alle zelfstandigen die opdrachtgever zijn van werken en in het bijzonder van werken in onroerende staat. Dit zijn quasi alle werken die betrekking hebben op gebouwen (nieuwbouw, renovatie van gebouwen, inrichtingswerken, verbouwingswerken…).

Ook het kuisen van gebouwen door kuisfirma’s wordt hiermee bedoeld, alsook grondwerken, bestratingswerken, aanleggen van tuinen en parken, aanleggen van opritten en parkings, enz. Deze reglementeringen bestaan reeds vele jaren, maar werden herhaaldelijk gewijzigd wat betreft toepassingsgebied, modaliteiten, vorm enz.
1. Aansprakelijkheidsreglementering (beoordelingstijdstip: bij afsluiting contract)
Principe: De opdrachtgever die werken laat uitvoeren door een aannemer die sociale en/of fiscale schulden heeft op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst, is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de sociale en/of fiscale schulden van de medecontractant. De hoofdelijke aansprakelijkheid geldt ook ten aanzien van de schulden van alle vennoten van de tijdelijke handelsvereniging (THV).
2. Inhoudings- en doorstortingsplicht (beoordelingstijdstip: bij elke uitbetaling van de factuur)
2.A. Het sociale luik
Principe: De opdrachtgever moet bij de betaling aan de onderaannemer 35% van het door hem verschuldigde bedrag, excl. btw inhouden en storten aan de RSZ, indien de aannemer sociale schulden heeft. Centraal bij de inhoudingsplicht staat het principe dat het bedrag van de inhouding niet hoger mag zijn dan de openstaande schuld. De inhouding wordt beperkt tot het bedrag van de schuld met een maximum inhouding van 35% en minder inhouden kan in bepaalde gevallen dus ook.
2.B. Het fiscale luik
Principe: De opdrachtgever moet bij de betaling aan de aannemer 15% van het door hem verschuldigde bedrag, exclusief btw inhouden en storten aan de fiscus, indien de aannemer fiscale schulden heeft. Centraal bij de inhoudingsplicht staat het principe dat het bedrag van de inhouding niet hoger mag zijn dan de openstaande schuld. De inhouding wordt beperkt tot het bedrag van de schuld met een maximum inhouding van 15% en minder inhouden kan in bepaalde gevallen dus ook.

Terug naar top